
Euthanasie bij psychisch lijden:
Het verhaal van Natasha
Soms scroll je achteloos door Facebook en bots je plots op woorden die blijven hangen. Woorden die iets in je losmaken, die je raken op een manier die je niet had verwacht. Gisteren overkwam het me. In een groep waar mensen samenkomen die euthanasie overwegen vanwege psychisch lijden, verscheen een gedicht.
Een gedicht over een afscheid dat niet langer iets schrijnends is, maar iets waar reikhalzend naar wordt uitgekeken.
Datums komen samen
21 juni ga ik er voor
Ik kijk uit de ramen
Mijn euthanasie gaat door
Heb nog veel te doen
Maar ik kijk er naar uit
Afscheid nemen doe ik met een zoen
Even lach ik luid
Maar ik begrijp jullie verdriet
Afscheid nemen doet pijn
Denk niet dat ik het niet zie
Ik kan nog even bij jullie zijn
Daarna is het voorgoed voorbij
Ik kom terug als een mooi dier
Maar tot juni sta ik aan jullie zij
Om te komen fladderen hier
Afscheid nemen gaan we zeker doen
Ik kom nog minstens 1 knuffel halen
Ik lach al jaren groen
Nu is het eindelijk gedaan met balen
Bedankt dat jullie er voor mij zijn
En mij bijstaan tijdens mijn pijn
Natasha (schuilnaam) – 02/04/2025
Ik las de regels opnieuw. En opnieuw. Het trof me hoe luchtig het klonk, hoe opgelucht bijna. Wanneer ik, in het kader van mijn beroep, mensen begeleid in het proces van afscheid nemen, zie ik hoe diep dat afscheid hen en hun naasten raakt. Voor de meesten voelt het pijnlijk en verscheurend. Maar hier stond een vrouw die uitkeek naar haar einde, met een opvallende berusting en zelfs een zekere vreugde.
Ik voelde meteen dat ik met haar in gesprek wilde gaan. Dit verhaal mocht niet onverteld blijven. Dus reageerde ik. Tot mijn verrassing kwam haar antwoord snel: “Ja, graag.” Ze gaf me haar telefoonnummer, en deze ochtend belde ik haar.
Haar naam is Natasha. Ze is 50 jaar, komt uit Gent, en haar verhaal is even rauw als eerlijk. De naam is een schuilnaam, op haar eigen verzoek, maar haar waarheid is echt.
Van verlangen naar afscheid
De datum staat vast. 21 juni 2025. De dag waarop Natasha afscheid neemt van een leven dat haar te veel heeft gewogen. Geen gevecht meer, geen onzekerheid. Alleen nog het vooruitzicht op rust.
Ze kijkt uit het raam, naar de blauwe lucht die zich eindeloos boven haar uitstrekt. Nog even, denkt ze. Nog een paar maanden, en dan ben ik daarboven. Vrij, licht, los van alles wat me heeft vastgehouden.
Natasha (50) heeft haar hele leven gezocht naar ademruimte, naar een plek waar ze onvoorwaardelijk zichzelf mocht zijn. Die plek heeft ze nooit gevonden. Niet thuis, niet in haar huwelijk, niet in haar werk. Het leven was een aaneenschakeling van verwachtingen die niet de hare waren. Een verplicht parcours, uitgestippeld door anderen, waarin zij alleen maar de passen zette die van haar werden verwacht.
Tot hier. Tot nu. Nu kiest ze zélf.
Een jeugd onder kritiek
Van jongs af aan werd Natasha gebukt gehouden door de woorden van haar vader. “Je ziet eruit als een jongen.” “Je doet niets goed.” “Je zult nooit goed genoeg zijn.” Het was een stem die zich vastzette in haar hoofd, een stem die haar zelfbeeld langzaam maar zeker afbrak.
Ze probeerde te voldoen. Ze probeerde perfect te zijn. Maar perfect was nooit perfect genoeg.
En alsof psychische mishandeling nog niet genoeg was, werden er ook fysieke sporen achtergelaten. Littekens die niet alleen op de huid, maar diep vanbinnen bleven branden.
Haar moeder was haar toevlucht, haar enige veilige haven in dat huis. Maar in 2021 overleed zij aan kanker. Sindsdien voelde Natasha zich verloren. Alleen achtergelaten met de kilte die haar vader uitstraalde.
“Het gemis is enorm,” zegt ze. “Sinds mama er niet meer is, is er niets dat me nog hier houdt.”
Liefde als strijdtoneel
In 1995, op 20-jarige leeftijd, dacht Natasha dat ze een nieuw begin vond bij Peter (schuilnaam), haar eerste grote liefde. Ze vertelde het blije nieuws aan haar vader, hopend op een greintje erkenning.
Zijn eerste vraag? “Wat studeert hij?”
Toen bleek dat Peter een opleiding tot automechanieker volgde, was het vonnis geveld. Niet goed genoeg. Niet slim genoeg. Niet rijk genoeg. Niet waardig genoeg voor mijn dochter.
Wat volgde, was een jarenlange strijd tegen de manipulaties en sabotagepogingen van haar vader. Maar in 2000, toen Natasha en Peter trouwden, veranderde alles. Plots was Peter een halfgod. De man die niet goed genoeg was, werd opeens de vertrouweling van haar vader. Twee handen op één buik.
Natasha bleef alleen achter in haar huwelijk, tussen een man die bijna even hard worstelde met haar psychische pijn als zijzelf en een vader die haar altijd zou veroordelen. Toen haar huwelijk na 20 jaar strandde, kon haar vader niet snel genoeg zeggen: “Ik wist altijd al dat hij een slecht mens was.” Alsof het altijd zo geweest was. Alsof hij zich nooit aan zijn zijde had geschaard. Alsof Natasha’s pijn slechts een voetnoot in zijn verhaal was.
Een weg die nergens heen leidde
Natasha’s leven was een aaneenschakeling van keuzes die ze nooit zelf had mogen maken. Haar vader vond dat ze in het onderwijs moest. Dus werd ze kleuterjuf. “Dik tegen mijn zin,” zegt ze. Ze hield het een enkele jaren vol, tot een directeur en later enkele collega’s haar wegpestten. In 2009 belandde ze voor het eerst op de psychiatrische afdeling van het ziekenhuis. De eerste breuklijn.
Er zouden er nog vele volgen.
In 2017 leek het even beter te gaan. Voor het eerst in haar leven had ze zélf een keuze gemaakt: ze werd zorgkundige. Twee jaar lang voelde ze zich eindelijk op haar plek. Maar ook daar vond iemand een manier om haar kapot te maken. Pesterijen, isolatie, het vertrouwde patroon.
De ene opname volgde op de andere.
Na de dood van haar moeder begon ze aan haar euthanasieaanvraag. Maar het traject, samen met Vonkel, is lang, slopend. Vier jaar van gevechten, gesprekken, wachten op toestemming om eindelijk te mogen ophouden.
Natasha’s strijd voor een waardig afscheid
Natasha wist al lang dat ze niet verder wilde. Niet omdat ze geen vechter was—integendeel, ze had jarenlang gestreden, tegen het loodzware verdriet, tegen het gevoel dat ze nooit écht vrij was geweest, tegen de dissociaties die soms haar leven beheersten. Maar vechten had haar nooit gebracht wat ze zocht: rust.
Haar beslissing om euthanasie aan te vragen was geen bevlieging, geen impulsief verlangen naar een einde. Het was een proces, een lang en moeizaam traject dat haar vier jaar lang in een emotionele en administratieve mallemolen zou werpen. Vier jaar van wachten, wikken en wegen, telkens opnieuw haar diepste pijnen blootleggen voor artsen en psychiaters, telkens opnieuw aantonen dat haar lijden ondraaglijk en uitzichtloos was.
Zowat elke zes maanden zat ze opnieuw tegenover een arts, haar hart bonzend in haar keel. Ze wist wat er van haar verwacht werd: rationeel en helder uitleggen waarom ze niet verder kon, zonder in paniek of wanhoop te vervallen. Het voelde als een proefwerk waarvoor ze elke keer opnieuw moest slagen. Eén verkeerde zin, één emotionele uitbarsting, en ze konden besluiten dat haar lijden nog draaglijk genoeg was om verder te leven.
Een jaar geleden kwam de eerste doorbraak. De eerste arts gaf haar een “ja.” De eerste van de drie. Het was een bitterzoete opluchting. Een erkenning dat haar lijden reëel was, dat iemand haar begreep. Maar ook besef dat er nog een lange weg te gaan was.
Vorige maandag had ze haar tweede belangrijke eindgesprek, een afspraak die letterlijk voelde als “op leven en dood.” Stijf van de zenuwen ging ze naar binnen, wetend dat deze “ja” haar weer een stap dichter bij de vrijheid zou brengen waar ze al zo lang naar verlangde. Dit keer was de angst bijna ondraaglijk. Wat als deze arts haar aanvraag zou afkeuren? Wat als iemand zou zeggen: “Nee, we geloven niet dat je ondraaglijk lijdt”?
Maar die woorden komen niet. In plaats daarvan kreeg ze de bevestiging waar ze zo lang op gewacht had. De tweede “ja.”
En gisteren, eindelijk, kwam de verlossende derde “ja.” Dat woord—verlossing—voelt voor velen misschien wrang in deze context. Maar voor Natasha was het exact dat. Geen donkere wolk, geen doodsangst, geen twijfel. Enkel een diepe, stille opluchting.
Sinds gisteren weet ze het: op 21 juni krijgt ze de vrijheid die haar hele leven buiten haar bereik lag.
En ik trof haar net op dat moment. Op dat moment schreef ze het gedicht dat ik las.
Een vogel in de lucht
Gisterenavond schreef Natasha haar gedicht. Niet met zwaarte. Niet met bitterheid. Maar met een soort lichtheid die velen niet begrijpen. Geen angst. Geen verdriet. Alleen de vastberadenheid van iemand die eindelijk haar eigen lot in handen heeft.
Natasha gelooft in reïncarnatie. In een volgend leven wil ze vrij zijn, gewichtloos. Een vogel die zich niets aantrekt van verwachtingen, die niet wordt vastgehouden door manipulatie of schuldgevoel.
De vogel uit dat ene liedje van Tim Visterin, dat haar al sinds haar jeugd raakt:
Ach meneer, een mooie vogel wil ik zijn
Met sterke vleugels alstublieft meneer Merlijn
Een mooie vogel in de lucht met pluimen, poten en een vlucht
En alle kleuren van de regenboog aha
Ach meneer een mooie vogel wil ik zijn
Met sterke vleugels alstublieft meneer Merlijn
Dan kan ik slapen op een wolk, de lucht doorklieven als een dolk
En het zonlicht vangen met een boog
Ach meneer een mooie vogel wil ik zijn
Nog even. Nog drie maanden, en dan laat ze los.
Een bucketlist voor het einde
Tot 21 juni wil Natasha leven. Écht leven.
- Een reis naar Kos – nog één keer de warmte van de zon op haar huid voelen.
- Een helikoptervlucht – de wereld eens van bovenaf bekijken, zoals een vogel dat zou doen.
- Een weekend Pairi Daiza – misschien wel om verlangend naar de mooiste vogels te kijken.
- Een etentje met haar beste vriendinnen – een laatste toost op de vriendschap.
- Op 18 juni, drie dagen voor haar euthanasie, een concert van Lionel Richie in het Sportpaleis – nog één keer muziek voelen trillen in haar borstkas.
Ze kiest niet alleen hoe haar leven eindigt, maar ook hoe ze het afsluit.
Het recht om te kiezen
Sommige mensen zullen zeggen dat het triest is. Dat iemand die jong is nog kansen heeft, nog mogelijkheden. Dat er hulp had kunnen zijn. Maar wie zijn wij om te oordelen? Wie zijn wij om te zeggen dat iemand moet blijven in een leven dat voor hen alleen uit pijn bestaat?
Natasha heeft het recht om te kiezen. Net zoals wij allemaal het recht hebben om ons afscheid op onze manier te regelen. Soms is het niet de dood die eng is, maar het leven. En soms is de dood niet iets om bang voor te zijn, maar iets om naar uit te kijken – een bevrijding, een rustpunt.
Op 21 juni fladdert Natasha weg. Hopelijk als een mooie vogel. Hopelijk vrij.
Hoe denk jij over afscheid?
Wil jij je levenseinde op jouw manier regelen? Of misschien enkele belangrijke dromen van je bucketlist realiseren? Wacht niet langer. Maak bewust keuzes. Leef en vertrek zoals jij dat wilt.
Bij Team Goodbye help ik je om je afscheid en laatste wensen persoonlijk en op jouw voorwaarden vorm te geven. Heb je vragen, wil je graag meer weten, of wil je gewoon even met iemand praten over wat je écht belangrijk vindt. Ik ben er voor jou.
Neem contact met me op! Bel me voor een afspraak, stuur een berichtje, of kom langs voor een deugddoende babbel op de stand van Team Goodbye tijdens De Dood Leeft! op 10 en 11 mei 2025 in Thagaste, Gent. Dat inspiratieweekend over afscheid, rouw en troost is de perfecte gelegenheid om samen te ontdekken hoe we jouw laatste reis zo mooi mogelijk kunnen maken.
Jouw verhaal verdient het om gehoord en gekoesterd te worden. Laat me je helpen om het op jouw voorwaarden te schrijven.
Dit verhaal is geschreven op basis van een gesprek met Natasha (schuilnaam), die op 21 juni euthanasie zal krijgen omwille van ondraaglijk psychisch lijden. Alle namen in dit artikel zijn vervangen om de privacy van betrokkenen te respecteren.